1.3 Onderneming
Begrip onderneming
In de Wet IB is geen definitie van het begrip onderneming opgenomen. Een gangbare definitie is:
Een onderneming is:
– een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid
– waarmee deelgenomen wordt aan het economisch verkeer
– met het oogmerk om winst te behalen en
– waarbij de winst ook redelijkerwijs te verwachten is.
Organisatie van kapitaal en arbeid
Een organisatie van kapitaal en arbeid is er al snel. Een kappersschaar en een persoon die knipt zijn al voldoende om van een organisatie te kunnen spreken.
Zelfstandig uitgeoefend beroep
Bij een zelfstandig uitgeoefend beroep is het hebben van kapitaal minder belangrijk dan de kennis en arbeid. Voorbeelden van vrije beroepsbeoefenaren zijn artsen, advocaten, notarissen, architecten etc. Het zelfstandig uitgeoefend beroep wordt op grond van art. 3.5 lid 1 Wet IB gelijkgesteld met een onderneming en in lid 2 van dit artikel wordt de beoefenaar van het zelfstandig uitgeoefend beroep gelijkgesteld met een ondernemer.
Duurzaamheid
Duurzaamheid
Een duurzame organisatie betekent dat de activiteiten niet incidenteel moeten zijn. Het is mogelijk dat een onderneming slechts een korte tijd bestaat.
Voorbeeld
Moniek start een kledingwinkel in Sittard. Ze huurt een pand, investeert in inventaris en voorraad. Na 3 maanden blijkt dat ze nauwelijks omzet heeft gehaald en dat de kosten een veelvoud zijn van de opbrengst. Moniek besluit om met de winkel te stoppen. Moniek heeft ondanks het feit dat de activiteiten kort hebben bestaan toch een onderneming gehad. Het geleden verlies kan Moniek als ondernemingsverlies in haar aangifte opnemen.
Deelname aan het economisch verkeer
Deelname aan economisch verkeer
Er moet sprake zijn van handelingen in het economisch verkeer. Als de activiteiten uitsluitend plaatsvinden in de privé- of hobbysfeer, is geen sprake van deelname aan het economisch verkeer.
Voorbeeld
Nelis Nouws heeft als hobby zeezeilen. Hij heeft een luxe zeilboot aangeschaft waarmee hij in de weekenden en vakanties gaat zeilen. Dit jaar heeft Pieter, een broer van hem, gevraagd of hij de boot mag lenen. Nelis stelt de boot voor 2 weken ter beschikking aan Pieter. Pieter betaalt aan Nelis een vergoeding van € 200 voor de kosten van de boot. De handeling vindt niet plaats in het economisch verkeer. Nelis hoeft de vergoeding van Pieter niet aan te geven in zijn aangifte inkomstenbelasting.
Winstoogmerk
Winstoogmerk
Het gaat er hier niet om dat de activiteit per se winstgevend moet zijn. De winst moet wel redelijkerwijs te verwachten zijn en dit moet ook worden nagestreefd: er moet een winstoogmerk zijn.
Voorbeeld
Marina is een hondenliefhebster. Zij heeft zelf drie honden. Daarnaast heeft ze als hobby een hondentrimsalon. Tegen een geringe vergoeding kunnen honden bij haar getrimd worden. De opbrengsten wegen niet op tegen de kosten die zij moet maken. De activiteiten lijden structureel tot verlies. Marina wil ook in de toekomst op dezelfde voet verder gaan. Er zijn dus ook in de toekomst geen positieve opbrengsten te verwachten. Voor Marina ontbreekt het winstoogmerk. Het verlies is voor haar geen verlies uit onderneming.