Module4_Winst_en_DGA-7

5.2.6 Stakingsaftrek

Stakingsaftrek

Als een ondernemer zijn onderneming staakt, moet hij afrekenen over de stakingswinst. Als hij zijn gehele onderneming staakt, heeft hij recht op stakingsaftrek (art. 3.79 Wet IB).

De stakingsaftrek is maximaal € 3.630 en geldt alleen voor een ondernemer.

Een ondernemer krijgt maar één keer in zijn leven het maximum­bedrag van de stakingsaftrek. Als een tweede onderneming van dezelfde belastingplichtige wordt gestaakt, moet rekening worden gehouden met de eerder benutte stakingsaftrek (art. 3.79 lid 4 Wet IB).

Geruisloze ­doorschuiving

In bepaalde gevallen kan een onderneming geruisloos worden doorgeschoven. Geruisloze doorschuiving is een faciliteit waarbij niet wordt afgerekend over de stakingswinst. Als een belastingplichtige ondernemer is geworden door middel van geruisloze doorschuiving, kan hij pas aanspraak maken op de stakings­aftrek als de onderneming langer dan 3 jaar voor zijn rekening is gedreven (art. 3.79 lid 3 Wet IB).

Voorbeeld

Louis van Ginderen heeft samen met zijn zoon Niko een fietsenwinkel in de vorm van een vennootschap onder firma. Het samenwerkingsverband bestaat al langer dan 36 maanden. Louis draagt per 31 december 2025 zijn firma-aandeel over aan zijn zoon Niko. Louis en Niko doen een gezamenlijk verzoek voor doorschuiving op grond van art. 3.63 Wet IB.

Als Niko de onderneming staakt vóór of op 31 december 2028, heeft hij geen recht op de stakingsaftrek. Bij een staking na 1 januari 2029 heeft hij wel recht op de stakings­aftrek van € 3.630.