Module4_Winst_en_DGA-9

7.6 Genietingsmoment

Genietings­moment

De Wet IB geeft aan op welk moment de gerealiseerde voordelen en de kosten moeten worden aangegeven: het genietingsmoment. Net als bij de belastbare feiten vindt ook hier een driedeling plaats:

a. regulier voordeel;

b. aftrekbare kosten;

c. vervreemdingsvoordeel.

Ad a. Regulier voordeel

Regulier voordeel

Een regulier voordeel is belast als het ontvangen, verrekend, ter beschikking gesteld of rentedragend is geworden (art. 4.43 Wet IB). Tevens is een regulier voordeel belast als het vorderbaar en tevens inbaar is.

Ad b. Aftrekbare kosten

Aftrekbare kosten

De kosten die verband houden met het regulier voordeel zijn aftrekbaar in het jaar waarin zij zijn betaald, verrekend, door de aanmerkelijkbelanghouder ter beschikking zijn gesteld of rentedragend zijn geworden (art. 4.44 Wet IB).

Ad c. Vervreemdingsvoordeel

Vervreemdings­voordeel

Een vervreemdingsvoordeel is belast op het moment van vervreemden (art. 4.46 Wet IB).

Vervreemden vindt plaats op het moment dat de overeenkomst wordt gesloten. Bij fictieve vervreemdingen ligt het moment in de fictie begrepen. Het moment van levering van de aandelen doet niet terzake. Het moment waarop de koopsom wordt voldaan, is eveneens niet van belang voor het moment van vervreemding.